Op 7 januari 1956 werd Max Euwe tot erelid van de KNSB benoemd. Hieronder de speech van voorzitter Van Steenis bij de benoeming.
DR EUWE ERELID VAN DE K.N.S.B.
Juist bij het ter perse gaan van dit nummer kunnen wij nog de toespraak opnemen, die onze voorzitter in aanwezigheid van talrijke belangstellenden na afloop van de wedstrijd om het kampioenschap van Nederland hield, nadat hij dr Euwe had gelukgewenst met de eclatante wijze, waarop deze de kampioenstitel had heroverd.
Van Steenis en Euwe
Dames en Heren,
Als voorzitter van de K.N.S.B. wil ik bij het eind van deze match om het kampioenschap van Nederland graag enkele woorden zeggen. Ik wil niet diep op de achtergrond en betekenis van deze match ingaan, omdat het misschien een passende gelegenheid is aan het slotdiner dat het gemeentebestuur van den Haag vanavond aanbiedt. Ik heb een ding, dat niet tot besloten kring beperkt mag blijven, maar waarvan in het openbaar moet worden getuigd en dat is de betekenis van dr Euwe zelf voor het Nederlandse schaakleven. Er is stellig niemand in Nederland die zoveel mensen tot het schaken heeft gebracht als hij. Door ontelbare schaakseances en voordrachten in het gehele land heeft hij ettelijke clubs een goede propaganda mogelijk gemaakt.
Maar het is vooral het enthousiasme, dat door Nederland is gegaan toen hij het wereldkampioenschap won, dat ontelbaren die het schaakbord al weer bijna vergeten waren daar opnieuw naar heeft doen grijpen, en talloze jongeren voor het eerst de neiging voor het schaakleven heeft doen opvatten. De K.N.S.B. heeft in hem een enorme propagandist en is daar dankbaar voor, maar er is meer; dat Nederland ook in het buitenland een zeer goede schaaknaam heeft is voor een groot deel aan dr Euwe te danken.
Toen ik eens namens de bondsraad mr Oskam het erelidmaatschap van de K.N.S.B. aanbood, heb ik er op gewezen dat hij dit ook vooral te danken had aan buitenlandse contacten die hij daar heeft gelegd. Ongetwijfeld was Oskam de voornaamste promotor voor het introduceren in Nederland van buitenlandse schaakmeesters. Velen hebben via zijn huis de eerste schrede in het Nederlandse leven gezet. Euwe is echter de man, die deze door Oskam gemaakte relaties op grandioze wijze heeft uitgebreid en het werk van Oskam in deze heeft voortgezet. Vooral ook zijn eigen optreden in het buitenland waar hij overal van 0ost tot West en van Zuid tot Noord een grote populariteit geniet, heeft echter aan onze goede naam bijgedragen.
Overal in het buitenland waardeert men Euwe als een sympathiek en bescheiden mens, als een groot pedagoog en zeer sterk schaker. Hij is steeds een goed ambassadeur geweest, niet alleen voor schakend Nederland maar voor ons land in zijn geheel.
Het is zeer vreemd, dat de K.N.S.B. deze verdienste niet heeft beloond met de hoogste onderscheiding die hij kan uitreiken, op het ogenblik dat Euwe wereldkampioen werd. Wellicht is zijn jeugd daarvan de oorzaak geweest. De bond is namelijk mijns inziens terecht steeds zeer zuinig met het verlenen van erelidmaatschappen. De meeste ereleden hebben deze titel pas op hun 65ste of 70ste jaar verkregen. Op het ogenblik zijn daar alleen nog van over jhr dr Van Foreest, mr Rueb, Eggink en Zittersteyn. Niet om jong bloed aan dit college te doen toevloeien, doch omdat wij menen dat verdienste niet afhankelijk is van leeftijd hebben wij de bondsraad verzocht het erelidmaatschap aan dr Euwe te verlenen. Euwe voor jou zijn de beste schaakpartijen die je ooit speelde de kostbaarste parels. Voor ons zijn de ereleden de parels in de kroon die op de K.N.S.B. staat. Deze kroon is immers het instituut „Ereleden”. Wij vertrouwen dat jouw parel in deze kroon nog lang en helder zal schijnen.
Namens de bondsraad bied ik je een tastbaar blijk van deze hoogste onderscheiding aan als bewijs van erkentelijkheid voor alles wat je voor het binnenlandse en buitenlandse schaakleven deed en ik hoop dat jij en wij daarvan nog lang mogen profiteren.
(Dit is de toespraak van KNSB-voorzitter Van Steenis die hij op 7 januari 1956 gaf. Het was na afloop van de match om het Nederlands kampioenschap tussen Euwe en Donner. Het was het laatste kampioenschap van Nederland dat Euwe won.)