Een bijdrage van Florian Jacobs
Ivan Ivanicevic, Milos Perunovic & Robert Markus: The Taimanov Bible. Thinkers Publishing, 2016. 360 pagina’s. € 29,95.
Aan klinkende titels heeft Thinkers Publishing alvast geen gebrek. The Taimanov Bible, dat klinkt als een onmisbaar boek voor aanhangers van de Siciliaanse Taimanov (want dat is de Taimanov- variant die dit boek bestrijkt). Of dat ook het geval is, betwijfel ik. Ja, de informatie is niet mis: drie sterke grootmeesters storten een karrenvracht aan varianten uit over de lezer. Ja, wie de opening al speelt, kan veel van zijn varianten verfijnen aan de hand van de ideeënstoet die hier voorbijtrekt. Maar aan beginnende Taimanovspelers zou ik dit boek nooit aanraden: enige didactische onder-bouwing van de varianten ontbreekt, alsook een inleiding op de doelen en de structuren van de Taimanov. Daarenboven had een extra correctieslag veel goeds gedaan: het Engels hapert aan alle kanten.
Ivan Sokolov: Ivan’s Chess Journey. Games and Stories. Thinkers Publishing, 2016. 276 pagina’s. € 26,95.
Schaakautobiografieën zijn opvallend vaak eerlijk. Maar een zo openhartige als deze van Ivan Sokolov ben ik zelden tegengekomen. De grootmeester bespreekt niet alleen enkele van zijn aardigste winstpartijen, maar ook zijn grootste flaters en meest mislukte toernooien. En dat alles wordt nog omlijst door sappige verhalen over nachtelijke escapades en drankexercities. Ik heb het totaal niet geteld, maar een kleine wijngaard wordt toch zeker gesoupeerd in dit boek. De stijl van Sokolov past bij de boekopzet: hij schrijft vlot, vrolijk, nietsontziend en meeslepend. Ik kon het boek niet wegleggen. De sfeer en de schaakkwaliteit (want Sokolov beheerst het spel, en hoe!), maken dit boek een aanrader voor de schaakliefhebber en levensgenieter. En die twee gaan vaak samen, nietwaar?
Milos Pavlovic: Unknown Weapons in the Grünfeld, Thinkers Publishing, 2016. 232 pagina’s.
€ 22,95.
Grootmeester Pavlovic, een schaaktheoreticus met naam en faam, is er eens voor gaan zitten om het immens populaire Grünfeld-Indisch te redden van alle zijvarianten die er tegenwoordig tegen worden ingezet. Alsof de hoofdvarianten niet al genoeg werk vergen… Het resultaat is een kloeke bedoening: varianten na varianten na varianten, en aan het eind van alle zettengekrioel staat nog opvallend vaak een teken voor ‘oneindig’ of ook een opmerking als ‘This position is murky’. Ik begrijp dat hedendaags schaak vaak de chaos opzoekt om de menselijke factor weer in het spel te betrekken, maar in dit boek komt de onduidelijke uitkomst van een moeilijk te onthouden variant wel heel vaak op tafel. Desalniettemin zou ik dit boek wel aanraden aan wie het Grünfeld-Indisch speelt: Pavlovic heeft veel verse ideeën en slaat weinig over. Het begrip moet er evenwel wel al zijn, want de schrijver geeft weinig tekstueel commentaar.